Cees zit met bonkend hart in de stoel als langzaam het witte licht weer verschijnt. Nog niet instaat direct op te staan. Met een klik springt de kleine deur open met knikkende knieën stapt hij het ei uit. Erika komt vrolijk lachend op hem af. Haar blik veranderd naar bloedserieus als ze het lijkwitte gezicht van Cees ziet. “Alles goed Cees?” vraagt ze voorzichtig. “Ga even zitten. Zwijgend loopt Cees naar het zitje bij de receptie. En ploft in een van de stoelen. “Bakkie koffie Cees?” met grote ogen staart Cees in de beker koffie die Erika voor hem neer zet. “Wat is er gebeurt?” Cees weet slechts een nauwelijks samenhangend verhaal te vertellen. Erika kan er geen touw aan vast knopen. Maar Cees blijft maar zeggen dat de politie erbij moet komen. Ook andere saunabezoekers bemoeien zich nu met het incident. Het bloederig verhaal van Cees zorgt voor een opstootje bij de receptie. Erika doet uit alle macht haar best om de rust weer te laten keren. Cees doet ondertussen zijn sokken en schoenen aan. Attendeert de anderen op de bloedspatten op zijn kuiten. “Hier zie je nou wel. Ik zit hier geen lulverhaal op te hangen. Ik heb er met mijn neus bovenop gestaan.” Cees grijpt naar zijn telefoon en belt de politie. Hij krijgt het aan de telefoon niet uitgelegd. Of hij maar even naar het bureau wil komen.  

 

De zaterdag avond verloopt anders dan Cees had verwacht. Om acht uur s ’avonds zit hij bij rechercheur Johan van Loon aan de tafel. Hij wordt niet erg serieus genomen vindt hij. Al drie keer heeft hij zijn ervaringen verteld. Johan zakt steeds verder onderuit in zijn stoel. “Het spijt mij meneer maar ik heb moeite uw verhaal serieus te nemen.” zegt hij uiteindelijk. Hij staat op. Zolang er geen sprake is van een dodelijk slachtoffer moet ik het hierbij laten. Als u mij nu wil excuseren. Hij schudt Cees de hand en opent de deur van de kleine verhoorkamer. Voor Cees het beseft staat hij weer buiten. Hij besluit Marco te bellen.   

“Jezus wat een verhaal man. Zoiets verzin je toch niet.”  “Dacht het ook niet. De bloedspatten zaten nog op mijn kuiten.” Marco trekt nog maar een biertje open. Dit moet hij even verwerken.  “Dus je weet zeker ….. ?” begint Marco. Beide mannen zwijgen, drinken hun biertje. “Je zult het wel merken morgen. Of het echt is of niet. Marco kent Cees al vanaf de schoolbanken. Hij weet precies wanneer hij de boel in de maling neemt. Waarschijnlijk is hij de enige die hem op dit moment gelooft.  

 

Zondagmiddag. Marco heeft de afgelopen nacht slecht geslapen. Ondanks de vele biertjes van zaterdagavond. Vanochtend was hij al om vijf uur wakker. Daarna heeft hij geen oog meer dicht gedaan. Het aangrijpend verhaal van Cees laat hem niet los. Toch wil hij zelf ervaren wat er in dat ei gebeurt. Net als iedereen die voor het eerst naar binnen gaat staat hij strak van de spanning. Precies op tijd springt de deur van het slot. En kan hij naar binnen. Met een diepe zucht gaat hij zitten. Het toetsenbord komt tevoorschijn. Met trillende vingers toetst hij in, Choppertoertocht met sletje. Langzaam wordt het donker. Geen hand voor ogen. Gaat dit wel goed denkt hij. Maar het toetsenbord is weg. Er gebeurt niets. Na een tijdje staat hij voorzichtig op. Hij voelt een wand naast zich. Met een deur. Op de tast vindt hij de deurknop. De klanken van ACDC dringen binnen. Hij opent de deur en dan ziet hij een klein halletje met een ranzige wastafel. Een verweerde spiegel met een stuk eraf erboven. Met een klap vliegt de andere deur open. Een man met een fors postuur, een te kort T-shirt en een leren vest duwt hem opzij. En verdwijnt achter de deur waar Marco net door gekomen is. Weer zwiept de deur open. Een vent in motorpak kijkt hem aan. “Bezet?” vraagt hij. yep.” Marco loopt met hem mee. Achter hem hoort hij het toilet doorspoelen. Hij staat in een kroeg. Aan de bar zitten zes motorrijders. Van het ruige soort. Door de ramen ziet hij verschillende motoren staan. De een nog fraaier dan de andere.  Hij besluit een biertje te bestellen. De barkeeper tapt hem een biertje. Naast zijn biertje legt hij een sleutelbos neer. “Vandaag of morgen ben jij je fiets kwijt jongen.” zegt hij. Verbaast kijkt Marco naar de bos sleutels hij herkent die van zijn huis, die van de schuur, zijn sleutel van zijn locker op het werk. Maar ook een die hij niet kent en een sleutelhanger met de kop van een indiaan erop. Een van de mannen springt van zijn kruk.  “Kom op jongens, we gaan die meiden halen. Als we een beetje op tijd op de barbecue willen zijn moeten we nu toch echt gaan.” op de kruk waar Marco zit hangt een motorjack. Op de rug zit een logo lone-wolf staat er boven een sierlijk afgebeelde wolfs kop. Alle aanwezigen trekken stoere Jacks aan en zetten helmen op. Vertwijfeld kijkt marco naar de anderen. “Schiet op man. Zuip je bier op. We gaan.” aan het eind van de bar ligt nog één helm. Cees heeft gelijk denkt Marco. Trekt het jack aan en zet de helm op. Iedereen staat buiten al op hem te wachten. Ook de barkeeper staat met de deurknop en de sleutel klaar om de club af te sluiten. Een van de motoren staat nog zonder berijder te wachten in de zon. Marco begint het steeds leuker te vinden. Afwachtend kijken de anderen hoe hij de sleutel in het contactslot steekt en de machine start. Hij schrikt van het kabaal dat het beest maakt.  Eén voor één vertrekken de motorrijders. Ook Marco volgt hun voorbeeld. Een wolk stof achterlatend. De andere motorrijders zijn al bijna niet meer te zien. Hij moet even wennen aan de enorme hoeveelheid pk's onder het zadel. Hij draait het gas open. Brullend schiet de motor vooruit. Even later voegt hij zich bij de andere. Door een heuvelachtig landschap rijden ze langs kleine dorpen. Midden tussen de weilanden licht een afgelegen boerderij. De man in het te korte T-shirt rijdt als eerste het erf op. Naast elkaar worden de motoren geparkeerd. De motoren brullen een laatste keer. De man met het te korte T-shirt steekt zijn hand in de lucht. Zwaait in het rond en laat zijn arm weer zakken. Op hetzelfde moment vallen alle motoren stil. Ook Marco was op tijd. Hij had wel eens in een film gezien dat het soms zo gaat. Marco maakt wat foto’s met zijn mobieltje. 

De grote schuifdeur van de boerenschuur gaat open. Een blond meisje van een jaar of twintig springt naar buiten. Gevolgd door nog eenzelfde exemplaar met zwarte 

krullend haar. Allebei de meiden hebben een niets verhullende kort spijkerbroekje aan. Ze schuiven de grote deur helemaal open. In de schuur staan vier choppers met erop vier bloedmooie meiden.

Marco kan zijn lol niet op.  

“Zo veel moois zie je niet veel bij elkaar.” zegt hij tegen de man naast hem. Hij geeft hem een high five. “Zeg maar Ben.” Ook Marco stelt zich voor. “De man met het te korte T-shirt is dikke Bram. Die magere is Emma. Joop rijdt

op die fatboy en die schele dat is Henk. Die blonde met die geweldige koplampen is Wendy. . Dat hier is...”verder kwam hij niet. Emma stond bovenop haar motor, gekleed in een zwart zeer hoog opgesneden datex badpak met lange mouwen en een zeer diep decolleté, met haar-over-de-knie-laarzen met stiletto hakken. Het gezelschap applaudisseerde. Er werd bier opengetrokken. En Ben heeft de tieten van Wendy al uitgepakt. Ben heeft gelijk denkt Marco, ze zijn inderdaad groot ja. “Jullie komen twee motoren te kort.” roept Dikke Bram. Debby loopt op Marco af als een kat naar een vogeltje. Haar helblauwe ogen lijken recht tot in zijn ziel te kijken. “Mag ik bij jou achterop?” vraagt ze met een stem waarmee je graniet kan smelten. Marco pakt haar bij haar middel vast en trekt haar tegen zich aan.  “Als je je goed vasthoudt.” ze kust hem vol op zijn mond. Haar tong wild op zoek naar de zijne. Dikke Bram fluit hard tussen zijn tanden. Hij zwaait boven zijn hoofd, pakt zijn helm van het stuur en start zijn Liberator. Hij wil gaan. Weldra klinken er meer en meer startende motoren. Dikke Bram stuurt zijn motor van het erf. Gevolgd door de anderen. Marco start zijn Indian. De motor beweegt nauwelijks voelbaar als Debby achter hem gaat zitten. “Hou je goed vast hé.” Debby trekt zich dicht tegen Marco aan, haar handen op zijn blote lijf. In een rustig tempo rijdt de colonne richting barbecue. Het blijkt op een naburige camping te zijn. Er staan nog zeker twintig zware motoren. Marco maakt van de gelegenheid gebruik om een paar goeie foto’s te maken. Er zitten mensen rond een kampvuur. Sommigen zijn al behoorlijk dronken. De schemer valt er is volop eten. En de sfeer zit er goed in. Een van hen speelt op een elektrische gitaar. Na drie biertjes gaat Marco op zoek naar het toiletgebouw. Een houten keet. De verlichting knippert. Marco geeft een tik tegen de tl-buis. Maar dan gaat het licht helemaal uit. Op de tast vindt hij een deur. Als hij die opent ziet hij in de kleine zwak verlichte ruimte de stoel op de muur staat geschreven. Credit niet langer toereikend. Met tegenzin gaat hij zitten. Het licht gaat eerst uit. Maar dan weer aan. Een zacht schijnsel. Een klik. Het deurtje van het ei is weer open. Erika staat hem al op te wachten met de volgende klant. “Was je verdwaalt, Marco?” vraagt ze met een lach. “Ach. Lekker is maar ene vinger lang he.” Als hij weer buiten staat ziet hij Cees voor het raam staan. Hij laat hem zijn fles bier zien. Marco knikt instemming. Hij steekt de straat over en Cees doet de deur open.  “En. Leuk geweest?” “Ja helemaal te gek man. Hoe kan dat allemaal hé?  Ik heb gelijk voor volgende week weer geboekt. Motor jongen. Hier moet je kijken.” Marco pakt zijn mobieltje erbij. En laat vol trots de foto’s zijn die hij gemaakt heeft. “Hier kijk, een Fat boy. Een beest van een geluid joh dat ding.” hij swipet naar de volgende foto. “Noem dat maar een boy.” zegt hij als hij de foto van Debby ziet. Bij de volgende foto trekt hij wit weg. Verschrikt staat hij op. Loopt door de kamer heen met de telefoon van Marco. “Dat is ze Marco. Dat is. Die in dat militaire pakkie aan in die club. Zij heeft die gast z’n nek afgesneden